’t Is wat.

Weet je wat het is, je weet het nooit, en dat is ‘t. Moedertje Natuur kan bést voorspelbaar zijn. Zo voorspel ik jullie met haar goedvinden dat na de herfst de winter komt. Jawel. Maar dat vindt ze kennelijk wel genoeg prijs gegeven. De echte moestuiniers en wildplukkers zitten nu vast al instemmend te knikken, terwijl de rest nog met vraagtekens in de ogen zit. Maar het zit nu eenmaal zo: als je iets wil van Moedertje Natuur, moet je toch ook een beetje afwachten of en zo ja hoe veel je krijgt.

Op dit moment zijn wij, nog heel even, lid van een geweldig Wijchens initiatief: Pluktuin Sfeer van Willems. Zelf noemen ze ons geen lid. Volgens de familie Willems zijn we namelijk ‘oogstgenoot’. Met alle oogstgenoten hebben we begin van het jaar geld ingelegd en daarvoor houdt familie Willems een enorme moestuin gaande. Wij oogstgenoten mogen het hele jaar door plukken, ontwortelen, oogsten en meesjouwen wat klaar is om het land te verlaten. Maar behalve in de oogst, deel je ook in het risico. Mislukt de aardappeloogst, jammer dan, volgende keer beter. No return of investment. In Groningen hebben we al een dergelijk initiatief gevonden: Het Proefveld. Ook daar ontvang je een creatieve naam: oogstaandeelhouder. Die vond ik ook wel leuk bedacht, want ook bij de handel in aandelen moet je afwachten hoe ze het gaan doen. Wij zullen in ons eerste jaar in Aduard lid zijn van het Proefveld omdat ik nog geen idee heb of het moestuinieren in eigen tuin gaat aanslaan, laat staan of we er genoeg af zullen kunnen halen om ons gezin te voorzien, én de cavia’s die ook graag wat mee knabbelen. Met al mijn ervaring sta ik toch een beetje in mijn hemd als het gaat om andere grond, andere omgeving en andere gewassen. Leuk hoor, zo’n jarenlang eigen lapje volkstuin ongeveer op de Gelders-Brabants-Noordlimburgse grens, maar voor Groningen bent u nog een groentje mevrouw Jiska.

Ja, er waren tegenvallers dit jaar. De toch wat snel rottende uien noemde ik in een eerder blog, maar ook de oogst Japanse Wijnbes in onze achtertuin viel tegen, en de pompoenen werden eigenlijk niet zo groot als gedacht. Een grappige was dat ik dacht een prachtige savooiekool geplukt te hebben, zoals gewoonlijk met wortel en al, zodat hij in een emmer bij de voordeur nog tijden goed blijft. Kan je mooi elke keer een paar bladeren gebruiken. Kool bleek vanuit de kern uitgehold te worden door rupsen. Dan sta je toch ook even beteuterd te kijken. Hoewel, de kippen en luipaardgekko’s waren erg blij met de rupsen, dus vooruit dan, er zat een goede kant aan. Wildplukken van vlierbessen kon ik trouwens ook wel vergeten dit jaar. Had ik speciaal bij een hele groep de vlierbloesems laten hangen (terwijl vlierbloesemsiroop óók zo lekker is!) om later de bessen nog te kunnen gebruiken… droogden die al aan de struiken in tot extreem onaantrekkelijke krenten-look-a-likes terwijl je erbij stond te kijken. En dat ik me al een maand verheug op de gewoonlijk veel eerder te vinden eekhoorntjesbrood zal Mevrouw Natuur ook aan haar spreekwoordelijke derrière oxideren. Wordt het eindelijk een beetje natter, is er nog geen boleet te plukken in de buurt.

img_9689Maar de natuur geeft en neemt hoor. Ik kreeg daarentegen namelijk wel een héle ruime oogst hazelnoten, ongelooflijk knetterhard van schil maar daardoor ook goed houdbaar, en de tamme kastanjes zijn opvallend mooi groot dit jaar. De lijsterbessen waren prachtig rond en zonder vlekjes, en het riet dat ik altijd voor de cavia’s pluk had dit jaar niet eens zo veel bladluis als vorige jaren.

En mijn vaste stekje in het bos waar ik 2 wilde appelboompjes weet te staan gaf me een zo overvloedige oogst dit jaar dat ik er nog maaaaaanden mee kan koken en bakken. Ik rij er nog af en toe langs, de inmiddels lege boompjes, en bedenk me weemoedig dat dit het laatste jaar was dat ik dankbaar gebruik van ze maakte.

Een deel van de wildplukappeloogst van dit jaar.
Een deel van de wildplukappeloogst van dit jaar.

Meerdere mensen wees ik erop dat die boompjes daar zomaar gratis lekkers produceren, maar het concept van wildplukken blijft toch voor veel mensen nog iets raars en zeker als er intussen mensen langslopen schamen sommigen zich ervoor daar uitgebreid te gaan rapen, waardoor het gros van die appels ongebruikt op de grond ligt te vergaan. Zo zonde…..

Elk partje is ongeveer een kwart appel. Lekker knapperig en vol smaak!
Elk partje is ongeveer een kwart appel. Lekker knapperig en vol smaak.

Ik heb de boompjes maar aangetekend op de wildplukkaart van Nederland, net als diverse andere bomen en struiken, en hopelijk maakt een ander er nog goed gebruik van. De regio waar we naartoe gaan is nog akelig leeg op die kaart. Laten we hopen dat ik er over een jaar een leuk aantal vindplaatsen aan heb kunnen toevoegen!

Zo, inmiddels zijn mijn tenen en vingers weer bijna droog en warm. Ik was namelijk vanmorgen in de tuin om spruitjes te plukken, omdat ik eergisteren overvloedig tamme kastanjes geraapt heb. De gouwe ouwe combi, never change a winning team. Terwijl het regenwater van de bladeren in mijn mouwen liep en het vocht door mijn schoenen inclusief opossumwollen inlegzolen drong, mijn vingers steeds stijver werden en mijn neus begon te lopen, zat ik daar een beetje domweg tevreden en gelukkig te wezen. Het soort gelukkige tevredenheid wat je als kleutertje voelt wanneer je met een of ander zelfgekleid gedrocht met zelfgekozen knalkleur geverfd naar een van je ouders toe loopt, en desbetreffende ouder keurig meespeelt dat hij of zij zo ontzettend blij is met jouw maaksel, ken je dat gevoel? En dat soort tevredenheid wordt dan nog eens getopt wanneer het vormeloze hoopje later op een bureau ‘nuttig’ staat te wezen met één pen en één potlood erin (een groter gat kregen je kleutervingertjes niet voor elkaar).

Maar goed. Tenen en vingers droog en warm, dus ik ga er weer even vandoor. Naar de Kringloopwinkel, spullen wegbrengen die hier niet meer gebruikt worden maar die nog bruikbaar zijn waardoor ik het vertik ze in de kliko te mikken. Kan ik meteen even kijken of er nog leuke bruikbare rieten mandjes zijn voor onze spulletjes in de nieuwe badkamer. Onze eigen kleine kringloop: ik kan zelden spulletjes daarheen brengen zonder meteen wat mee terug te nemen. Op z’n Grunnegers, waarvan ik les 1 inmiddels geleerd heb: moi!

Auteur: Jiska

Op weg naar een groen leven in Groningen!