100 – 99 – 98 – 97 …..

En ineens waren we de magische grens al weer voorbij: van getallen van 3 naar getallen van 2 cijfers. We zijn onder de honderd gekomen. Minder dan honderd dagen te gaan! Wat schiet het al weer op.
Huh? Minder dan honderd dagen en dan wat? Wel, Kerstmis natuurlijk! Eigenlijk had ik een blog willen schrijven op precies honderd dagen van Kerstmis, maar ja: slechts een paar uur na het publiceren van mijn vorige blog kreeg ik een fullblown hardcore griep te pakken. Nou ben ik niet echt als patiënt in de wieg gelegd. Ik zit me dan wezenloos aan mijzelf, of vooral mijn weigerachtig lijf, te ergeren. Ik haat mijn suffe gesnotter en mijn hese gehoest. Als ik iemand zie die zo ziek is doe ik mijn best uit te leggen dat diegene eraan moet toegeven, naar bed moet en vooral goed moet uitzieken, maar oh wee als ik het zelf ben en hetzelfde advies krijg: tot ieders irritatie (inclusief mijn eigen) wil ik het liefst mijn koortskop negeren en doorstampen, wat natuurlijk zo ongelooflijk contra-productief is dat ik mezelf met rollende ogen bekijkend afvraag waarom ik überhaupt deze gigadomme neiging heb.

Maar goed: ik heb de 100-dagen-grens als zielig hoopje doorgebracht en was niet in staat een blog te schrijven. Nog maar 96 dagen over om alle kerstsfeer op te snuiven! Dat lijkt heel wat, maar ja, werk, orkest (belangrijk: kaartverkoop voor ons jubileumconcert is gestart!), toneel (Elektra kruipt al in mijn huid), en tussendoor probeer ik toch ook nog verder te gaan met het leren van de mooie en interessante NGT (Nederlandse Gebaren Taal) waar ik sinds enkele maanden mee ben begonnen. Zoveel tijd blijft er dus niet over voor het bezoeken van kerstshows, kerstmarkten, kerstfairs enzovoorts. Tel daarbij op dat het noorden een beetje traag is in het opbouwen van de kerstsfeer: vorige jaren was ik in deze tijd al bij mijn eerste kerstshow geweest. Serieus, half september openen de eersten meestal al in Limburg, en daar reed ik dan vanaf Wijchen graag een uur voor in zuidelijke richting. Altijd leuk om te zien hoe Venlo en Vlodrop wedijverden om de eerste te zijn.
Ik ben ook wel benieuwd of het hier in het Noorden anders is, zo’n kerstshow. Zou het hier net zo uitbundig zijn? De Noorderlingen komen mij als wat-minder-van-de-tierelantijntjes over, wat meer no nonsense. Vorig jaar kwam ik gewoon nét te laat aan om nog een kerstshow te zien. Toen ik eindelijk toe was aan Tuinwereld Groningen kon ik nog net de dozen zien staan waarin de laatste lichtjes verdwenen. En toen ik voor het eerst in Intratuin Drachten kwam kregen we tulpen om het beginnend voorjaar te vieren en waren de allerlaatste wollen mutsen in de aanbieding.
Weet iemand trouwens nog leuke tuincentra in de regio?

Ik begin trouwens al wel weer wat zenuwachtig te worden. Tweede helft september al! Ik wil toch echt in oktober mijn traditionele Plum Pudding koken en Christmas Cake bakken. Dat doe ik al jaaaaren en is dus onze eigen, echte, genoeglijke familietraditie geworden. En wat vond ik het leuk dat mijn recepten vorig jaar bij het bekende blog Christmaholic gebruikt werden. Als je zin hebt, kan je hier vinden hoe je de Plum Pudding en de Christmas Cake bak.
Ik ben nieuwsgierig naar het verschil van vorig huis (kelderloos) en dit huis (eindelijk, een echte echte kelder!) want ik heb het vermoeden dat ik ze in de kelder véél makkelijker kan houden dan respectievelijk in de schuur en onder het bed, zoals voorgaande jaren. De Christmas Cake is nog nooit mislukt, maar de Plum Pudding is ooit een jaar niet goed bewaard geweest en dat jaar was er toch een schimmeltje op gekomen. Dat is me maar 1x gebeurd, maar de schrik zat erin en sindsdien open ik dwangmatig elke week of zo alle lagen vetvrij papier en doeken die ik om de traditioneel gekookte Plum Pudding wikkel, om te kijken of die nog goed is.
Over traditie gesproken, soms komt er een traditie bij die meteen past in ons gezin. Zoals elk jaar alle drie de kinderen iets laten uitzoeken voor in de kerstboom…. die van de weeromstuit steeds bonter wordt. De zelfgemaakte adventsslinger die ik elk jaar weer vul met lekkers en cadeautjes voor de kinderen. Half november hangt die al op, ook al mogen ze pas 1 december het eerste zakje openen: ik vind dat voorpret, de kinderen pesten, hahaha! Of die keer dat ik, midden in de zomer, bij een theeproeverij van het luxe merk Betjeman & Barton de thee “Il était un fois Noël” ontdekte en sindsdien ‘mag’ ik die van mezelf één keer per jaar bestellen en alleen rond Advent en Kerst drinken. Het daarna lege blikje lonkt jaarrond naar me wanneer ik het weer vul en geeft me een warm gevoel. Dit jaar voor de vierde keer. Dat het midden in de zomer was weet ik zeker: schoonzus Iris was erbij, hoogzwanger van nichtje Zoë. En Zoë heeft in juli haar derde verjaardag gevierd. Dus, vierde keer. Dat mag je een traditie noemen.

Nog zo’n heerlijke traditie: kerstdorpjes bouwen. Proudly presenting, sinds 2011. Elk jaar wat groter geworden. Vorig jaar kon ik niet bouwen, toen stond het huis eerst nog te koop en toen het verkocht werd wisten we al dat we op 27 december zouden verhuizen dus toen was het ook niet handig. Ik bouw namelijk altijd zeker een week lang elke dag en het opruimen kost ook een complete dag. En dit jaar wordt het nog groter! Ik heb nu meer ruimte, ik heb gratis schragen mogen ophalen kort na de verhuizing en wist toen al dat ik die kon gebruiken voor een kerstdorp. Nou nog even een plank erop. Komt die verbouwing bij dorpsgenoten en vrienden L en J toch wel erg goed uit. Ik mag er komend weekeinde een plank of oude deur uitzoeken. Vanaf nu langzaam aan wat materiaal gaan verzamelen om het dorpje aan te kleden. Ter inspiratie ga ik nog even terug genieten van mijn laatste dorpje.

Oh! En nog meer haast! Ik heb een kookboek geleend van Jamie Oliver en die moet ik nu toch echt eens gaan terug geven. Beste C en M, ik ben het niet vergeten, hij komt terug! Maar ik heb nog niet alles gelezen en blijf veel te lang hangen bij diverse inspiratiebladzijden…. Ik moet mezelf maar eens een schop onder de kont geven. Waarom is er nog maar zo weinig tijd voor Kerst?

PS Reminder aan mezelf: datum plannen voor dit uitje.

 

 

 

 

Kwakkel

Over het algemeen is mijn gezondheid uitstekend. Mijn reumatoloog vroeg zich elk jaar weer af wat ik kwam doen (jaarlijkse controle Syndroom van Sjögren), mijn huisarts kende ik in mijn vorige woonplaats meer van het samen wachten op het schoolplein dan van de praktijk, en omdat ik op mijn werk elk jaar de griepprik kreeg -even nakijken of dat in mijn nieuwe ziekenhuis ook zo is, overigens- heb ik ook al jaaaaaren geen echte griep meer gehad. Wat wel standaard is bij mij: ergens in het voorjaar, als de temperaturen oplopen, dán word ik over het algemeen een keer snipverkouden en blijf dan soms wel drie weken snotteren en hoesten, maar griep wordt het nooit.

Ik voel me dan ook danig verraden door mijn eigen lichaam op dit moment. Hey lijf: het is nog geen voorjaar! Sinds drie dagen heb ik een enorme keelpijn. Mega-irritant, want ik slik door de Sjögren al wat lastiger, en dit helpt nou ook niet echt. Jongste heeft op hetzelfde moment hetzelfde probleem gekregen en wij hebben in ons gekwakkel steun aan de herkenning bij elkaar. Vermoedelijk kregen wij het weer van middelste, die dit twee weken terug had, alleen kreeg middelste er ook even echt koorts bij en dat hebben jongste en ik dan weer niet. Echt niet. Ik ben gisteren zelfs nog even de spoedeisende hulp binnen gelopen (op mijn werk hoor, niet zomaar van buiten af) om even de thermometer te lenen en in mijn oor te steken, omdat ik even dacht dat ik koorts kreeg, maar nee.
Het zieligste is het trouwens voor oudste. Die ligt in Praag in een hotelkamer met koorts, terwijl de rest van Atheneum 5 intussen door ghetto en concentratiekamp Theresienstadt struint, wat hij na zijn bezoek aan Westerbork ook enorm graag had willen bezoeken. Middelste, die weer helemaal beter is, heeft intussen enorm veel plezier op kampeervakantie in Frankrijk met heel Havo 4, wat een enorme opluchting is omdat ze wat problemen had gehad met het vinden van aansluiting na de verhuizing.
Zelfs eega, die niet met keelpijn rondloopt, is aan de kwakkel: hij heeft een ontsteking aan zijn oogspieren. Alles kan ontsteken, dat dus ook, maar het dubbelzien dat erbij komt is wel vermoeiend voor hem.

Ik ben een aanhanger van ‘gezonde geest in een gezond lichaam’. Ik denk dat lichaam en geest samenhangen op veel manieren. Ik ben er dus ook van overtuigd dat je minder snel ziek wordt als je je goed voelt, en dat goed voelen slaat dan zowel op lichaam als op geest. Uit volle overtuiging dat dat goed voor ons gezin is, eten we zo veel mogelijk biologisch, lokaal en van het seizoen. Er staan veel mooie groene planten in de woonkamer, omdat ik dat mooi vind -goed voor de geest- maar ook omdat planten de leefomgeving en de lucht kunnen zuiveren -goed voor lijf- dus dat is een duidelijke win-win-situatie.
Sinds onze verhuizing voelen we ons beter in ons eigen huis dan in het vorige huis. Meer ruimte, meer groen, meer privacy, minder ‘gedoe’ met buren, beter slapen, frissere lucht.
Waarom zijn we dan toch allemaal aan de kwakkel ineens in september? Zou het te maken hebben met zorgen van de laatste tijd? Zorgen om het harde werken van eega, het moeilijke levenspad dat oudste bewandelt, het gebrek aan aansluiting op haar nieuwe school waar middelste tegen alle verwachtingen in tegenaan liep, de angsten van jongste voor de verhuizing omdat ze bang was voor veranderingen in het algemeen? Eega heeft altijd al hard gewerkt, oudste heeft weliswaar een moeilijk levenspad maar voelt zich juist steeds lekkerder in zijn vel, middelste stuurt enthousiaste berichten over de opstart van het schooljaar op schoolkamp in Frankrijk, en jongste die erg tegen de verhuizing opzag zegt nu dat ze eigenlijk veel beter op haar plek is op haar huidige school dan op de vorige. Dus ook zorgen zijn relatief. Hoewel de piekerijen en gedachtenbuitelingen en emotiemaalstromen om broer, die aan zijn laatste loodjes leven bezig is, er nog wel zijn.

Ik ga er nu verder niet over nadenken. Ik ga mijn volgende zakdoekje even volsnuiten, nog een pot thee zetten, en nog meer hakhoning met tijm opsabbelen. Vandaag past ziek zijn even één dagje in de agenda, morgen moet ik weer aan het werk. Wat dat betreft hou ik me aan mijn vaste adagio: geen koorts = geen ziekmelding. Gelukkig kan ik vandaag wat energie sparen voor komende dagen!

Herfst-setting

Het is september, en ik raak al weer danig in herfst-mood. Ik leef op, ik voel me fijn, ik ben zo’n raar mens dat liever herfst en winter dan zomer heeft.
Iemand wees me erop dat ik te vroeg was: de herfst begint toch 22 september? Ja en nee. De meteorologische herfst, die gewoon lekker simpel met onze kalender samenloopt, is op 1 september begonnen. De astronomische herfst, die van sterrenstanden afhangt, begint op 22 september. Dus ik zeg gewoon dat het herfst is, want dat klopt, en ik zeg graag dat het herfst is, me happy.

Gezellig, die pompoenen bij de voordeur. Er moeten eigenlijk voor mijn herfstgevoel nog bolchrysanten bij, maar omdat we maar een smal pad langs deze kant van het huis hebben en de fietsen er ook langs moeten doe ik dat toch maar niet. Maar wel een beetje jammer.

Ik merk het ook aan mijn eigen reacties. Dan valt me op dat ik ineens weer speculaasjes en pepernoten wil eten. Dat ik weer zwaardere stamppotten ga koken en minder frisse salades maak. Dat ik bij groente en fruit ga denken of ik ze ga inmaken, of toch net als in de zomer meteen eten. Dat ik weer stevigere specerijen in het eten gebruik. Dat ik weer kaarsjes aansteek ’s avonds. Pompoenen bij de voordeur zet. ’s Avonds weer een dekentje naast de bank klaar leg. De groene en lichte theetjes opberg en weer meer earl grey, Lapsang Souchong en smaakvolle oolong rotstheeën uit de Chinese Wuyi-regio zet. Dat ik bij het reizen de bermen afspeur of ik al verkleurde blaadjes aan de bomen zie. Ja, mijn brein is al vooruitgeschoten en heeft zich even verankerd in oktoberstand.

De tuin maakt zich ook op voor de eindsprint van de jaarcyclus. We wonen hier nu ruim 8 maanden, maar in de winter gebeurt er niet zo heel veel in een tuin, dus ik heb wel het gevoel dat we het merendeel van de cyclus al gezien hebben. Intussen heb ik een beter idee wat wel en niet werkt in onze tuin, en wat ik wel en niet wil aanpassen of zelfs helemaal veranderen.
Tot mijn spijt blijkt het moestuingedeelte van onze achtertuin niet zo goed aangeslagen te zijn. Een combinatie van zware klei, te veel bomen rondom en daardoor te weinig zon en te veel wortels, en een colonne slakken en rupsen, dat zijn denk ik de boosdoeners. Dat roer gaan we dus omgooien. Ik heb gezien wat wel goed aanslaat: knolgroenten zoals worteltjes, rettich, radijs. Sla, tot mijn verbazing, ondanks dat ik die niet afdek, en de groenlof wil ook heel aardig. Kruiden doen het ook goed. En onze fruitbomen en -struiken zijn wonderwel trouwe leveraars gebleken: we kunnen geen pruim meer zien zo langzamerhand, het kersenboompje dat ik dit jaar pas zette als mini-struikje voelt zich kennelijk zo goed dat die in augustus ineens ging bloeien en nu begin september een takje vol mini-kersjes heeft hangen. Het zal wel niet rijpen, zo laat, maar het is leuk. Net als de toch nog kleurende druiven die we ineens tegen een muur ontdekten (serieus, die hadden we niet gezien totdat me opviel dat de frambozenstruik zulke rare bladeren er tussen had en trosjes vormde, blond!).
De koolsoorten daarentegen zijn stuk voor stuk gemillimeterd, de mais komt keurig op en blijft dan kniehoog in de groei steken, en drie (!) opeenvolgende pogingen om courgette en pompoen neer te zetten zijn alle drie mislukt, dat wil hier niet groeien. Bonen kwamen goed op, maar zijn vervolgens de joepie-feestmaaltijd van een stel duiven geweest.

Goed, dat wordt dus herindelen. Het gehele moestuingedeelte wordt anders. De fruitstruiken krijgen meer ruimte. Ik ga veel meer kruiden in de grond zetten, en vooral ook proberen om er nog wat meer meerjarigen in te laten groeien, zoals rozemarijn, tijm, bonenkruid, bosuitjes, kerrieplant, munt, bieslook, daslook, dropplant en een beetje salie, misschien een laurierboompje. Kruiden kan ik ook wel bij de zelfoogsttuin halen, maar ik kook altijd zo’n beetje op gevoel en weet echt niet vooraf wat ik wanneer kook. Ik ga maar 1x per week oogsten en op goed geluk een stapel kruiden oogsten is ook niet echt handig: ze zijn niet altijd allemaal zo lang houdbaar, en hoe verser hoe lekkerder. Ideaal dus als dat uit eigen achtertuin kan komen.
Minder groente volgend jaar, die haal ik wél bij de zelfoogsttuin. Misschien probeer ik nog één keer bonen, maar dan met net erover.

Mini-vijvertje in de maak.

Een klein stukje van de ruimte waar het zaaien van spinazie mislukte, is intussen al in beslag genomen. De vorige bewoners van het huis lieten in de tuin een speciekuip achter. De hele winter, lente en zomer stond die kuip rechtop tegen de muur van het huis te wachten op… ik weet niet eens wat. Maar nu ben ik blij dat ik hem niet heb weggegooid. De kuip is ingegraven op een hoek tussen terras, gazon en moestuin. Via een gratis ophalen groep op Facebook kon ik in Oldehove, een paar dorpen verder, een zware stapel grote flagstones ophalen, die ik hier op een stenen borderrandje liet vallen zodat ik met de brokstukken onze nieuwbakken vijver-to-be kon omzomen. In de winter kan je toch niet zo veel doen aan een vijver, dus dit blijft zo staan tot het voorjaar. Intussen zal de kuip zich langzaam vullen met regenwater, denk ik zo. In het voorjaar doe ik er wat waterplantjes in, en dan wachten we af wat er eventueel spontaan aan diersoorten in komt, zo nodig doe ik er een schep uit de sloot bij. Vissen zal niet gaan, het is te ondiep. Dan kunnen ze bevriezen. Maar het natuurlijk verloop volgen kan ook al erg leuk zijn.

Hondje Pico was alvast erg tevreden met het natuurlijk verloop van de eerste nacht. Meteen de eerste morgen dook hij al de ton in om de daarin gevallen en zo door de steile wanden opgesloten muis te vangen. Ons hardhorende slechtziende oudje was behoorlijk trots op zijn vangst. Alleen jammer dat hij hem niet lustte: het bleek een dwergspitsmuis te zijn en die scheiden nogal een muskuslucht af!

Toegift: ik had deze blog al bijna online gezet, toen ik me realiseerde dat ik onze zeldzame ontmoeting met nog een andere dwergmuis-soort, namelijk de Europese dwergmuis, wilde delen. Ooit had ik deze in gevangenschap, lang geleden, dus ik herkende het minimuisje meteen toen deze volkomen verstard ineens in mijn blikveld hing in een veld met hoge grassen. Heel bijzonder. Dus, de uitsmijter van dit blog, geniet ze!